Zeep is een heel alledaags product. Iedereen gebruikt het, vaak zonder erbij na te denken. Als ik vertel dat ik een zeepmakerij run, dan zie je dat mensen beginnen na te denken. Meestal volgt dan al snel de reactie: "Misschien raar dat ik het vraag, maar... Hoe maak je eigenlijk zeep?"
Vroeger - en dan heb ik het over de tijd van mijn oma - was zelf zeep maken heel gewoon. Maar na de introductie van de vloeibare zepen, dat nam een vlucht na de tweede wereldoorlog, is die kennis in razend tempo verdwenen. Jammer, want mensen gebruiken nu allerlei synthetische producten, terwijl een mooie natuurzeep veel beter is voor huid, haar én milieu.
Over het laboratoriumwerk om die vloeibare zepen te maken ga ik het verder niet hebben. Daar heb ik geen verstand van. Ik ga wel uitleggen hoe het werkt om een mooie vaste zeep te maken.
Er zijn twee processen om vaste zeep te maken: het warme en het koude proces. Zelf maak ik gebruik van het koude proces, omdat ik van mening ben dat je dan de mooiste zepen krijgt, waarbij de waardevolle stoffen het best behouden blijven.
Welke ingrediënten zitten er in zeep?
De belangrijkste ingrediënten van zeep zijn vetten. Het klinkt tegenstrijdig dat je je vieze, vaak vettige handen juist met vetten moet schoonmaken, maar toch is het zo.
Vaste zeep ontstaat door een chemische reactie (ook wel saponificatie of verzeping genoemd) tussen vetten en loog.
Vetten (vetzuren & glycerol) + loog (Natriumhydroxide & water) =zeep & glycerine.
Bij het maken van zeep is het uiterst belangrijk dat de ingrediënten qua hoeveelheden goed op elkaar zijn afgestemd. Je wil, om huidschade te voorkomen, geen zeep waar nog restjes loog in zitten. Aan de andere kant wil je geen zeep die veel te vet is, dat voelt ook niet prettig. De verhouding vetten/loog is van groot belang om tot een goed resultaat te komen.
Uit de chemische reactie ontstaat dus zeep en glycerine. Zeep zorgt voor de reinigende werking en glycerine zorgt voor een hydraterende werking.
Glycerine trekt water uit de lucht aan en helpt zo de huid om een optimaal vochtniveau vast te houden.
In de fabrieksmatige zepen wordt plantaardige glycerine vaak afgeroomd en vervangen door kunstmatige of dierlijke glycerine, die respectievelijk uit aardolie of dierlijke vetten wordt gewonnen. Dat gebeurt niet in de zepen die met koud proces zijn gemaakt. Hierin blijft de natuurlijke plantaardige glycerine aanwezig. Deze glycerine wordt heel goed door de huid opgenomen en verdragen en is dus een belangrijk onderdeel van een stuk vaste natuurzeep..
Vetten, oliën, boters en wassen
Om de kwaliteit van de zeep zo hoog mogelijk te maken, moet je ingrediënten van hoge kwaliteit gebruiken. Ik gebruik zoveel mogelijk biologische oliën van de eerste persing. Dan ben ik er zeker van dat er geen bestrijdingsmiddelen en vervuilende stoffen in zitten.
Met een mooie combinatie van plantaardige vetten, oliën, boters en wassen, krijg je de grootste variatie in vetzuren en onverzeepbare stoffen. Dat zijn minuscule plantendeeltjes, vitaminen, mineralen en kleurstoffen die van nature in de oliën voorkomen. Samen zorgen ze voor een kwalitatief betere zeep.
Vaak gebruik ik olijfolie, kokosolie en cacaoboter. Die basisoliën vul ik aan met één of meer van de volgende oliën, boters of wassen: zonnebloemolie, saffloerolie, jojoba olie (vloeibare was), avocado olie, zoete amandelolie, arganolie, castorolie, rozenbottelolie, karitéboter (vaak sheabutter genoemd) en lijnzaadolie.
Er zijn nog veel meer goede bruikbare vetten, maar die gebruik ik (nog) niet.
Loog
Zonder loog kun je geen zeep maken. Loog is nodig om de vetzuren te breken en te laten verzepen. Voor de zeep gebruik ik loog zonder verontreinigingen. Hoe zuiverder het loog, des te beter voor de zeep.
Loog, ook wel natronloog genoemd, bestaat uit natriumhydroxide (NaOH) en water.
Het is een sterk basische stof, die bijtend is en waarmee je voorzichtig moet zijn. Het wordt niet voor niets als belangrijkste ingrediënt gebruikt voor afvoerontstoppers. En ook in de voedingsmiddelenindustrie gebruikt men loog om bijvoorbeeld de velletjes van mandarijntjes af te bijten.
Na het verzepingsproces en de bijbehorende rustperiode van 5 a 6 weken, zit er in een vaste zeep geen loog meer. Alle loog is omgezet in zeep.
Overige ingrediënten
Door andere ingrediënten toe te voegen, krijgt de zeep geur, kleur en bepaalde aromatische en geneeskrachtige eigenschappen.
- Als geurstoffen zitten er etherische oliën in, ieder met hun eigen heilzame eigenschappen.
- Vaak zitten er plantenextracten in om de heilzame kracht van de planten rechtstreeks in je zeep te vangen.
- Meestal zitten er (plantaardige) kleurstoffen in of kleisoorten met een kleurtje. Met deze plantaardige en natuurlijke kleurstoffen krijg je subtiele, zachte kleuren.
- Om een scrubeffect te bereiken zitten er soms toevoegingen in als kleisoorten, zand, zaden of plantendeeltjes.
Arbeidsintensief proces
Het maken van vaste zeep met koud proces is een relatief arbeidsintensief en langdurig proces.
Eerst maak je een plantenextract en als dat is afgekoeld, voeg je daar de afgemeten hoeveelheid natriumhydroxide aan toe. De natriumhydroxide reageert met het water in het plantenextract en er ontstaat loog. Het mengsel wordt erg warm. Dit laat je afkoelen. Ondertussen meet je de juiste hoeveelheden oliën en vetten en smelt je de vaste vetten (voorbeelden van vaste vetten zijn cacaoboter, sheaboter en kokosolie). Je zorgt ervoor dat deze oliën en vetten op een zo laag mogelijk temperatuur smelten, zodat alle waardevolle stoffen in de vetten bewaard blijven.
Als beide vloeistoffen dezelfde temperatuur hebben (meestal rond 45 °C) voeg je de loog bij de oliën en begin je te kloppen, in eerste instantie met een garde en later met een staafmixer. Afhankelijk van het recept voeg je kleurstoffen en etherische oliën toe. Het beslag dat dan gereed is, giet je in een mal.
Het zeepbeslag stolt meestal binnen 1 dag (soms langer). Als de zeep genoeg gestold is, wordt hij uit de mal gehaald en gesneden. De zeep is dan nog niet klaar voor gebruik. Hij is nog te zacht en mogelijk zitten er nog wat restantjes loog in die nog geen reactie zijn aangegaan met de oliën. Om goed uit te harden en om er zeker van te zijn dat alle loog omgezet is naar zeep, moet de zeep nog 4 tot 6 weken rusten. Daarbij verliest de zeep nog zo’n 10% aan vocht. Pas na die rustperiode kan de zeep met een gerust hart gebruikt worden.
Bijzondere vorm: meer werk
De meeste zeepmakerijen maken rechthoekige of vierkante stukken zeep. Logisch want dat is het meest efficiënt om de zepen te snijden. Je giet zeepbeslag in een grote rechthoekige mal, waar je gemakkelijk en zonder veel snijverlies tientallen zepen tegelijkertijd uit kunt snijden.
Ik heb ervoor gekozen om mijn zepen een bijzondere en ergonomische vorm te geven, die ik de EssyStar vorm heb genoemd. Door die vorm glippen de zepen veel minder snel uit je hand tijdens het gebruik. Je vingers passen perfect in de ronde uitsparingen. Dat is gemakkelijk voor mensen met stijve vingers of pijnlijke handen. Het is een bewuste keuze dat ik de zepen zo maak, maar het heeft wel gevolgen.
Het betekent wel dat ik veel minder zepen tegelijkertijd kan maken. Ik maak mijn zepen namelijk in kokervormige mallen. Uit één mal haal ik geen tientallen, maar slechts 10 zepen. Mijn productie ligt dus duidelijk minder hoog dan bij de meeste zeepmakerijen.
Het betekent ook dat als er een zeep van EssySentials in je hand ligt, je iets heel bijzonders in je hand hebt: een stuk pure luxe en gestolde natuur. Met liefde gemaakt!